Vandaag was ik op excursie met leerlingen naar Amersfoort. Alles stond in het teken van sterren, dus van wetenschap, imago, ambitie, vallen en wensen. We kregen bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (Amersfoort) van alles te zien. We bezochten het bottenlab met schedels met gaten erin geslagen door een ponjaard en een stagiair die een voor hem volslagen onbekende vis aan het archeologiseren was.
Hoe ver weg was dit alles, onder begeleiding van deskundigen die hun zachtjes gewag maakten van hun eigen onervarenheid, hen zo vaak wakker schreeuwden dat ze werden gehypnotiseerd of oog in oog stonden met hun eigen non-interactiviteit met uitzicht op de ongedateerde Koppelpoort.
Het gebouw van de Rijksdienst staat op kussens en dempt alle geluidsgolven. Slechts het water in de glazen vertoonde rimpelingen en slechts de hekken voor het gebouw verraadden dat de non-airco-filosofie aan herziening toe was. Het werd ons duidelijk dat je in dit gebouw zo kort mogelijk verbleef of anders een hele week, gaandeweg je verliefdheid opwekkend.
We hadden onszelf ingedeeld in de Week van de Wetenschap en wisten niet waar we stonden. Wij docenten waren van de softe hap, talen dus, de leerlingen van de softe profielen. Beetje onheldere figuren, variërend van oneindig toegewijde gymnasiastes tot en met stoute jongens in korte broek die de plantenbakken aanstootten. Niemand wist vervolgens meer waar hij stond. De Belgische maritiem archeoloog was voor afschaffing van de leerplicht om vervolgens meer striktheid te kunnen hanteren bij de opvoeding, hoe diepzinnig en hoe aanzettend tot diepzinnig denken!
De stoute jongens togen tezamen naar de beroemde sterrenplukker die alle mensen ter wereld een paar dagen eerder had uitgenodigd bij zich thuis. Hij deed persoonlijk open en heette hen allen welkom om hen terstond binnen te laten, ware het niet dat hij net even iets moest afwikkelen.
Ik stond nog even na te praten met twee bedremmelde bibliothecarissen die niet wisten hoe ze de non-interactieve jeugd op non-interactieve wijze konden bereiken om hun alles te vertellen over het belang van de ongedateerde Koppelpoort. Ja heren, ik heb geen advies voor jullie, jullie zijn goed zoals je bent, de bibliotheek is nooit voor deze generatie maar altijd voor de volgende.
De jongens vertelden me dat ze genoten van de leerzame vrijheid van deze week van de wetenschap. Ze haalden alles wat erin zat uit ons aanbod en veel meer. Ik verwacht dan ook niet anders dan dat ze door de Koppelpoort zullen lopen, op aanwijzing van Govert Schilling zullen ontdekken dat de sterren nooit buiten bereik hingen maar als koolstof waren neergestreken op de eigen huid en dat het altijd mogelijk is bij Govert aan te bellen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten