(Deze blog wordt uitgelegd bij de blogserie geleg.)
We zijn mentaal lek. We lekken energie die we ook hadden kunnen behouden. Willen we dat, dan moeten we het probleem op de juiste manier aanpakken. Zo'n aanpak is Mental Design van psycholoog en vriend Adwin Konsten. Ik kreeg het boek cadeau. Dat levert me enkele gouden kansen op. Het past binnen mijn gesprek met de levenskunst dat ik in deze blogserie voer.
Het boek sluit aan bij de levenskunsttraditie van de hygiëne. Net als Sokrates zet Adwin het beroep van zijn moeder op een geestelijke manier voort. Alleen was zijn moeder geen verloskundige maar een voedingsdeskundige. Vanuit juiste kennis bouw je je energie op door hygiëne, de zorg voor je mentale gesteldheid. Belangrijk is dat je aan het werk gaat als het goed met je gaat. Je mentale gesteldheid is een structuur die wordt gekenmerkt door herhaling. Toepassing van de juiste kennis en herhaling versterken de structuur die je helpt om lekken tegen te gaan en energie op te bouwen.
Er is een belangrijk verschil met Plato en de antropotechniek van Sloterdijk. Waar Plato perfectionering zag als noodzakelijk doel, ziet Adwin het als belangrijke oorzaak van energielekken. De doelen die we ons stellen moeten voortkomen uit de werkelijkheid, waarmee Adwin anders dan Plato de werkelijkheid bedoelt zoals die zich in onze onmiddellijke praktische omgeving aandient.
Plato had zijn andere wereld, de echte wereld waarnaar hij kon verwijzen. Maar psycholoog Adwin Konsten, hoe ontsnapt hij aan de vicieuze cirkel van een binnenwereld die zich afsluit voor zijn eigen genezingsmogelijkheid? Door daartegenover een positieve cirkel te plaatsen, de 'cirkel van mentaal beleid'. Die cirkel wordt ons aangereikt vanuit de wetenschap, maar correspondeert als het goed is met het leven dat je leidt.
Zit je eenmaal in de structuur van het goede leven, dan kun je in goed vertrouwen scenario's overnemen waarin goed in alle scherpte tegenover kwaad staat. Zo wordt de prille hygiëne voortdurend bedreigd door alles wat onzuiver is, wat onrust stookt. Allerlei twijfels en onzekerheden zijn daarbij de kern. Wat kan deze bedreiging beter verbeelden dan de mol? Hij graaft in je eigen tuin allerlei onderaardse gangen. 'Je hele tuin wordt instabiel en wankel'. De zo positieve levenskunst krijgt een grimmig gezicht, ze wordt antimoltechniek.
Precies deze kant zien we ook in de antropotechniek van Sloterdijk. Het maakt begrijpelijk dat hij de religies herformuleert, omdat ook daar de redding plaatsvindt door structuren die allereerst gericht zijn op immuniteit. Vooral in een pril stadium bestrijden geestelijke leerlingen de wereld waarvan ze zojuist afstand hebben genomen. Zo hangen de technieken bij Sloterdijk samen met zijn 'sferen'.
In Mental Design worden kritiek, onzekerheid en twijfel gezien als boosdoeners, maar alleen voorzover ze van buitenaf opduiken. In de kennis en de structuren zit kritiek al van meet af aan ingebakken als de mogelijkheid de bedreigingen te bezweren. Omdat Mental Design in zijn geheel al een kritisch project is hoeft de volger niet ook dit project nog eens te bekritiseren.
Daarom alleen al ketst een kritisch onderzoek van deze benadering af op de zaak zelf.
De kritische filosoof kan nooit meer dan een gedachtemol zijn.
Waar is dan de kans gelegen Mental Design te 'lezen', zonder oordelende blik, onbevangen?
Een aanwijzing vinden we in een opmerking op p.154. De lezer heeft goud in handen: 'Lees je in een boek zinnen die je
bijzonder raken? (...) Dat is goud waard. Behandel het ook als zodanig.'
De lezer zou moeten beginnen met de zinnen in het boek te accepteren zoals ze komen, met alle verdubbelingen en tegenstellingen die nu eenmaal eigen zijn aan een benadering die vooral praktisch wil zijn. Zo kun je stilstaan bij je eigen gevoelens. De ene keer (p.30) is dat een storende gedachtemol, de andere keer (p.80) een teken van vooruitgang. Kritiek is de ene keer positief, de andere keer negatief. Zo komen alle fenomenen tevoorschijn aan de goede en slechte kant van de immuniteitsgrens. Voor zijn leven kan dit verwarrend werken. Maar wat is er tegen verwarring?
Vroeg of laat stuit de lezer op paradoxen. Aan Mental Design ligt een paradox ten grondslag die je als volgt zou kunnen formuleren: een positieve bejegening van ons leven kan de vorm aannemen van de strijd tegen alles wat dit leven verstoort. Positief en negatief roepen elkaar op. Je zou zelfs van een oorlog kunnen spreken, omdat het kompas evengoed wordt gehanteerd door de kapitein als door de legerleider. Zoals de Romeinse keizer Marcus Aurelius (p.135). Innerlijke vrede gaat samen met oorlogsverheerlijking. We omarmen al vechtend de donkere kanten van het leven, we accepteren die kanten als betrof het gouden munten met Aurelius zelf (zie de afbeelding hieronder; gaat het te ver om bij 'Aurelius' te denken aan 'aureus', van goud?).
Paradoxen als deze horen bij het leven zelf. Ze zijn verondersteld in elke levenskunst die het binnen scherp van het buiten wil onderscheiden. Het belangrijkste effect van mentale hygiëne lijkt dat deze tegenstellingen nog verscherpt worden. 'Lijkt', want in werkelijkheid loopt het zo'n vaart niet. De tegenstellingen zijn alleen in een ideaal soort theorie en praktijk scherp. In de tekst - het boek Mental Design - worden de tegenstellingen niet streng volgehouden. Het boek bevat zijn eigen tegengif, bijvoorbeeld doordat het waarschuwt tegen perfectionisme, en doordat het luchtig danst tussen theorie en praktijk. Het boek weerspiegelt het vaak rommelige, allerminst perfecte karakter van het leven zelf. Je zou kunnen zeggen: met de blinkende munten betalen we voor het leven zelf, inclusief de modder en de rommel.
Van de lezer wordt veel flexibiliteit gevraagd. Hij mag niet kijken vanuit de theorie, ook niet vanuit zijn praktijk die, hoe langer hij kijkt, steeds voller zit met problemen. Hij moet aanvoelen wat het is om 'zichzelf te zijn' en zichzelf te verbeteren. Hij moet de aandacht richten op 'het hier en nu' en op de horizon die het boek voor hem aanwijst. Deze blog kan van zo'n veeleisende interpretatie niet meer dan een hoopvolle aankondiging zijn. Maar zo lang kunnen we niet wachten. Al voor die tijd, lang voor die tijd, liggen de woorden van het boek voor me als cadeau, therapie en blinkend goud.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten