Er was een tijd dat me werd geleerd dat de mens wezenlijk sociaal is. 'De mens is geen Robinson Crusoë', werd dan geschreven. Crusoë was de uitzondering die de regel bevestigde. En zelfs die had nog zijn Vrijdag.
Lang is gezocht naar de oorsprong van dat sociale. De eenzame mens moest een slechts schijnbaar eenzame mens zijn. In wezen was de mens dialogisch, via een oerervaring verbonden met de ander, via economische banden of anderszins.
Zou je die redeneringen niet ook kunnen omkeren? vraag ik me af. Je hebt ongetwijfeld met anderen te maken. Maar die anderen kunnen zich terugtrekken. In jouw verlangen naar hun stem representeer je die. Je gaat jezelf verwijten maken omdat de ander dat niet wil doen, of je gaat jezelf vergeven.
Is niet deze hele blogserie evenzeer zo'n absorptie van de ander als blootstelling aan die ander? De ander zegt: ik maak jou verwijten omdat jij jezelf ook verwijten maakt, en daarom doe ik het niet. Ik help of vergeef je omdat je jezelf ook helpt of vergeeft, en daarom doe ik het niet.
Het ik wordt zodoende een mikrokosmos die een makrokosmos weerspiegelt. De ander is er permanent aanwezig, als potentieel lezende, teruggetrokken of verbeelde ander. In geen van deze gevallen hoeft hij samen te vallen met de gerepresenteerde ander.
Wat zou nu de oersituatie zijn? Is het de eenzame authentieke geest die zich, als het ware in een testament of flessenpost, richt tot de ongekende ander? Of is het het theater waarin het ik zich toont in maskers, reacties uitlokt bij zijn publiek dat zich uit conventie stilhoudt in de donkere zaal?
Het antwoord moet misschien worden gezocht op het snijpunt tussen mijn 'Oefeningen' en 'Verklaarme'. In de 'Oefeningen' bereid ik me voor op een onbekende toekomst, in 'Verklaarme' vraag ik de ander om me in het (al dan niet genadige) licht te zetten. Misschien raken ze elkaar in de droom van een lichtende toekomst, een toekomst die licht werpt op wat ik zoal meemaak. Zoiets als een oordeel.
Iemand vroeg me: 'Je vraagt me om vergeving. Maar kun je jezelf vergeven?'
Iemand zei me: 'Misschien zou je eens kunnen beginnen met je gedrag te veranderen.'
Iemand zei me: 'Ik vergeet, eh, vergeef je.'
Wat zou mijn bijbehorende oefening kunnen zijn? Staan, blijven staan in dat licht. Het licht van de letters en het licht tussen de letters.
Ooit assisteerde ik een vriend in een ziekenhuis die exposeerde met schilderijen aan de muur. Ik heb die schilderijen beschreven als 'expositie'. Dat wil in goed Latijn zeggen: te vondeling leggen. In capitulatie en op hoop van zegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten