dinsdag 9 juli 2013

Mobielisatie

Niet meer gemobiliseerd worden, zegt Stefan Hertmans ('De liefde is ertussenuit gevallen').
Dat is een soort levenskunst tegen de levenskunst.
Althans, tegen de levenskunst van Onfray, die vindt dat we toch weer iets moeten najagen, genot.

De demobilisatie lijkt ook tegenspel te willen bieden aan de vigilance. 'Vigilat ut quiescant', stond er voorheen altijd op de politieauto's. En de wachters waren de belangrijkste groepen bij de staat van Plato, niet alleen de mannen met knuppels maar ook de filosofen.

Hoe moeten we tegenwicht bieden aan die vigilance? Door steeds te beoordelen of we alert moeten zijn of juist niet. Je zou zeggen: dat vraagt om extra alertheid, meta-alertheid, hypervigilance.

Zou het niet anders kunnen?

Dat je je oordeel over de vereiste toestand, de vereiste dispositie of habitus, laat afhangen van een schemertoestand of zelfs een droomtoestand?
Zo ongeveer als een inbrekerslicht. Het is uit maar extreem alert. Het is een machine die het de eigenaar mogelijk maakt om door te slapen, maar ook eventueel bij alarm wakker te worden en in te grijpen.

Ja, zo komen we ergens. De techniek, misschien zelfs wel een supermetafoor voor wat techniek überhaupt is. We kunnen dankzij welke techniek dan ook halfwaakzaam blijven en de vigilance delegeren.

Komen we weer bij de mobiel. Ook een stukje techniek, toch. Maar wel precies het voorbeeld van Hertmans van mobilisatie. We moeten nu andere gronden zoeken om te beslissen of Hertmans vanuit een verondersteld gevoel tegen techniek überhaupt is, of dat hij een specifiek gebruik van de mobiel op het oog heeft. En let wel, we hebben nu geen kriteria meer om te oordelen. Bij kriteria wordt het oordeel al technisch, het wordt zelf een mobiel, zo u wil, die ons onze waakzaamheid afneemt of juist de ultieme vervulling van de waakzaamheid is.

Nog een paradox: Hertmans' alertheid op deze hele toestand rondom mobiel en mobilisatie. Hij slaat toch op een of andere manier alarm. Weliswaar het alarm van een anachronistische profeet-figuur, maar toch. Misschien worden we via een omweg, om de verrassing zijn werk te laten doen, gemobiliseerd, al is het tot demobilisatie. Het is alsof de literaire auteur buiten zijn roman gaat staan en zegt: let op!! hier is echt iets aan de hand wat aandacht verdient!! En precies daardoor de literatuur doorkruist, schrapt, verbergt.

Hallo, ik ben er nog, bent u er ook nog? Nog steeds niet in slaap? Hallo! ... Och ja, laat maar.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten