Het proza van Levinas gaat door, eigenlijk zo goed als onverstoorbaar. Dit in contrast - schijnbaar - met wat hij zegt over de naaste die me stoort.
Het is duidelijk niet de filosofie die Levinas stoort, het is - daarvoor, daar doorheen - de naaste. Het is aan de ander om de talloze, subtiele en complexe relaties met de teksen en gedachten van anderen te reconstrueren.
Er is dus een filosofie in Levinas, een impliciete, verborgen filosofie, die we moeten zien te begrijpen.
Maar nu niet, nu word ik gestoord door de aankondiging van de avondmaaltijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten